Kinsbergen, 1781. Part 1

Het verdeelen van het volk in quartieren, het exerceeren van het volk, het manoeuvreeren met de zeilen &c.

Het exerceeren met 't geschut.

  1. Alle modelyke stilte beveelen.

  2. Stukken los,

    Als dan moeten terstond de Talien en Broekings invoegen vermeld los gemaakt, en een talie agter uit, om het Stuk in te haalen, geschoven worden, ten einde het zelve binnen Boord te konnen laden,

  3. Platdooden af,

  4. Stopt de zinkgaaten,

    Hier toe moet het Volk altoos in de rand haaren Mutsen of Hoeden by haar draagen, eenige van Werk in malkander gedraaide Propjes, en voor al moet men hun doen begrypen, het gevaar waar aan bloot gesteld word, den geenen hunner die eenig stuk Kanon, na dat het eens of meermaalen, afgeschooten is geweest, wederom laden zal en 'er als dan by het insteeken der nieuwe Kardoes nog een Stuk van de voorige ingebleeven zynde, het Vuur daar van niet was uitgedoofd door het wel stoppen van 't Zinkgat, en alzo mede de demelde nieuwe aanstak, terwyl men nog bezig was dezelve aan te zetten, of wel zulks den Kogel en Prop te doen, als de Zinkgaaten dan met Propjes wel gegestopt zyn, kan men de Platlooden wederom op de Stukken leggen,

  5. Krassers in de Stukken,

    Als dan moeten de Krassers terstond in de Stukken gestokken worden, en na twee of drie maalen, op den Boden rond gedraiid te zyn daar weder uitgehaald worden.

  6. Wist de Stukken uit,

    De Wissers moeten tot aan den Bodem in 't Stuk gestokken en dan al draaijende, daar weder uitgehaald worden,

  7. Kardoesen in de Stukken,

    Op dit commando worden ten eersten de Kardoesen in de Stukken gestooken, en de Aanzetters voor in de Trompen gezet,

  8. Zet aan de Kardoes,

    De Kardoes word in de Ziel geschooven en met drie stooten aangezet, op dezelve moet geen prop gezet worden, dewyl die meer ondienst dan dienst doet, ondertuschen moet den Commandeur zyn Laadpriem in het Zinkgat zetten, en de geen die de Kardoes aanzet, waarschouwen, zo dra hy voed dat die aan is,

  9. Kogel en Prop,

    Deeze worden dan ten eersten in 't Kanon gestooken, en maar met een stoot aangezet, dog zo dat den Kogel op de Kardoes en de Prop op de Kogel neerkomt, tot het laden moet men altoos een der grootste Kaereks neemen.

  10. Opend de Kardoesen,

    Op 't spreeken van dit commando worden terstond de Boorpriemen en de Zinkgaaten gestooken, om de Kardoes te openen,

  11. Kruit op de Zinkgaaten,

    Als dan moeten de Zinkgaaten gevuld, een weinig Kruit na agter op de Band toe gebragt, en dat met den Kruithoorn vergruist worden,

  12. Dekt de Zinkgaaten,

    Dan legt men de Platlooden op den Stukken,

  13. Stukken te Boord,

    Dit word daar op terstond in 't werk gesteld, en 't Volk vat de Handspaaken en Koevoeten om het Stuk te baksen,

  14. Pointcteerd,

    Hier op worden de Stukken gebakst, 't zy om voor, of om agterwaards uit te vurden en zo dra men daar mede bezig is, moeten de Lonten in de Hand gevat, en afgeblaasen worden; men begrypt dat den afblaaser der Lont, op 't oogenblik, wanneer hy zulks doet, zyn Hoofd om en van 't Stuk moet afdraayen,

  15. Vuur,

    Zo dra het Stuk wel gepoincteerd is, word 't Platlood afgenomen en gevuurd, wel agt geevende, dat den geen die de Lont in de Hand heeft, daar mede niet regt op 't Zinkgat maar op het Kruit dat na de Band legt, slaat, en dat hy zig by 't afsteeken van 't Stuk op zyde daar van plaast, om door 't terug loopen van 't zelve geen ongeluk te krygen,

Aanmerkingen

Wanneer men met Kogels en Schroot te gelyk vuurt, behoeft men maar alleen, een prop op het Schroot ('t welk na de Kogel en 't stuk Geschut is:) te doen.

Het is zeer goed dat het Volk gewend word, telkens als eenig stuk Kanon afgevuurt is, de Laadpriem in 't Zinkgat te steeken, om hier door voor te komen, dat de Zinkgaaten verstopt, geraaken, dat anders wel eens gebeurd, voor al dan wanneer het slegt Kruit tot zyn gebruik heeft, dit instekken der Laadpriem is mede goed voor 't Volk, om te kunnen weeten of 't Stuk afgegaan is,

De Commandeurs der Stukken moeten geleerd en gelast worden, dat wanneer ze in tyd van Gevegt ordre bekoomen om Druiven op het Geschut te laden, die eerst over Kruis opentensnyden, en zo men zeer naby zig moet neerschieten de Klos na buiten, dog op een grooter afstand, dezelve 't eerst en dat wel direct na de Lading in 't Stuk te zetten,

De Druiven doen in 't algemeen weinig of geen dienst op een afstand die grooter is dan ¼ of ⅓ van een Kanonschoot, en de Schrootzakken, doen geen effect hoegenaamd, dan op een zeer kleinen afstand,

De Jongens die geschikt zyn om de Kardoesen op, en telkens de ledige Kokers weder om laag te geeven, moeten geleerd en zeer nadrukkelyk bevoolen worden, om in 't laatste Geval dezelve Kokers altoos, stuk voor stuk, aller naaukeurigst te examineeren, of 'er ook hier of daar, ergens een vonk aanzat, bevoorens zy die in de Kruitkamer zenden.


J.H. van Kinsbergen: Zeemans hand-boek, behelzende een omstandig Berigt van verscheide Zaken die een Jong Zee-Officier noodwendig dient te weeten, beneevens eene Beknopte Beschryvinge van de Takelagie der Oorlogscheepen, van verscheide Charters, bevoorens opgesteld door den Wel. Ed: Gest. Heer M. Lambrechts, Kapitein ter Zee. Nu grootelyks vermeerderd en verbeeterd door den Hoog Ed. Gest. Heer J.H. van Kinsbergen, Ridder van St. George, &c. &c. &c.
Gerard Hulst van Keulen, Amsterdam, 1781-1782. 2 vol, 8vo, 16×8 cm, (12), 67 pp & 259, 60, 79, (12) pp, 2 (4?) fold. plates.

Transcribed by Lars Bruzelius


Sjöhistoriska Samfundet | The Maritime History Virtual Archives | Search.

Copyright © 1996 Lars Bruzelius.